|
Categorieën
|
Home - Verschillende Vw-type's - Standaard-wagens - kevers
Volkswagen was na de oorlog volledig in Britse handen (onder leiding van Majoor Ivan Hirst). Deze gebruikten de fabriek als leverancier en hersteldienst van Volkswagens voor eigen troepen, maar er kwam ook interesse van de Amerikaanse, Franse en Russische overheid. De kevers werden samengesteld uit de onderdelen die nog te vinden waren, de eerste kevers hadden dan ook het chassis van een type-82 kubelwagen. Niet zoveel later werd er een standaard kever geproduceerd. In 1947 werd de eerste kever geëxporteerd, richting Nederland. En de bal ging aan het rollen…
1948 is een heel belangrijk jaar. Vanaf nu is Volkswagen weer in Duitse handen, onder leiding van Heinrich Nordhoff. De productie komt stilaan op gang. Deze kever verschilt niet zoveel van de KDF-kever uit de oorlog. Het dashboard is vrijwel identiek gebleven (het KDF-logo is wel gewijzigd naar een VW logo).
Exportkever. Het jaar dat de exportkever voor het eerst van de band rolde was 1949. Deze wagen, die bestemd was voor de USA, had meer opsmuk dan de eentonige standaardversie. Op de flanken had de kever gepolijste aluminium sierlijsten. De deurhendels en wieldoppen waren verchroomd. Het koetswerkkleur kwam terug in de bumpers (nerven) en wieldoppen (vw-logo).
1950 Spezial Produktion. Voor het Amerikaanse bezettingsleger werden er 100 speciale kevers gemaakt. Deze hadden enkele experimentele onderdelen (waarvan enkele maar vanaf 1952 standaard werden). Deze waren: trim rond achterruit, experimentele bumpers, achterlichten, dashboard, hydraulische remmen.
1951-52 Reumakleppen In een poging om meer frisse lucht in de wagen te brengen, werden ventilatiekleppen ingebouwd. Deze veroorzaakten alleen maar tocht en verdwenen dan ook spoedig uit het ontwerp.
Deze zeldzame wagen was de tussenstap van Bril naar Ovaal. De wagen bezat het nieuwe dashboard maar had nog het typische brilletje als achterruit. Vanaf dit model zat er ook een tochtraampje aan de deurramen.
Het had ook enkele onderdelen specifiek voor de Zwitter: trim rond de bril, startersknop, snelheidsmeter met twee smalle richtingspijltjes, interieurlichtje, achterlicht met hartje …
Volgens velen, het mooiste kevermodel die er ooit gemaakt is. Het meest opvallende verschil is natuurlijk de achterruit. De bumpers waren nu mooi glad en zonder profielen. Vanaf 1956 kreeg de ovaal ook eivormige achterlichten.
Het exportmodel kreeg vanaf 1956 ook de zogenaamde ‘handdoekenrekjes’, een tweede bumper op de oorspronkelijke. Ook de pijlpinker verdween in de exportversie, kleine pinkerlichten bevonden zich nu op de spatborden. De standaardversie ging nog een tijdje door me de pijlpinkers.
Export Ovaal
Standaard ovaal
De grootste uiterlijk verandering voor de kever kwam er in augustus 1957. De achterruit werd drastisch vergroot. Ook kreeg het dashboard een totaal andere look, dit zou zo blijven tot in de jaren ’70. Vanaf 1961 verdwenen ook de pijlpinkers op de standaardversie.
Vanaf 1967 kreeg het exportmodel al de rechtstaande koplampen en 12V-installatie, de andere modellen kregen dit een jaar later. In 1968 kwamen ook de Eurobumpers op alle modellen. De achterlichten veranderden ook in 1968, toen kwam er eentje in kapelvorm. Vanaf 1974 kwamen er dan het typische olifantenpoten-achterlicht.
Deze steeds wijzigende veranderingen gelden voor praktisch alle modellen. Alle wijzigingen hier opsommen zou enkele boeken in beslag nemen, daarom beschrijven we nu enkel de basisvorm met de belangrijkste eigenschappen:
Sommige van onderstaande modellen kregen ook een extra aanduiding: L, S of LS.
De “L” aanduiding betekende een luxe-uitvoering. Dit waren de belangrijkste extra’s die je toen kreeg:
Het ' S'-model kreeg een 1584 cc motor (1600-motor). De Kever kan met deze motor circa 130 km/uur rijden en heeft 20,5 seconden nodig om van 0 naar 100 km/uur te acceleren. Hij blijft gewoon 1200, 1302 of 1303 heten, maar er komt nu een S achter te staan. De S is ook leverbaar met een automatische transmissie. De luxe uitvoering heet LS.
Alles werkte ook op 6V (vanaf 1975 12V). Vanaf 1973 kreeg de spaarkever ook de vierkante Eurobumper.
De productie van de spaarkever ging nog enkele jaren verder dan de modernere 1303.
Voor het eerst is er geen verschil meer tussen een export en een standaard kever.
De grote panoramische voorruit is nu bol, wat ook ten goede kwam aan de aerodynamica.
Het dashboard kreeg een nieuw uiterlijk en was volledig van plastiek, om veiligheidsredenen.
Vanaf 1954 worden er kevers gemaakt in Mexico (eerst in Duitse bouwpakketten, later produceerde Mexico voldoende eigen VW-onderdelen).
Omdat de productie van kevers in Europa gestopt was, verkoos men om de Mexico-kevers naar Europa te importeren. Ondanks dat de kwaliteit van het plaatwerk minder was dan de Europese versies, vonden toch een groot aantal Mexicaanse kevertjes de weg naar Europa. De officiële import stopte in 1986. Qua uiterlijk leek deze kever zeer sterk op de Europese kevers uit 1970-1971. Ze hadden weer een platte voorruit.
 Jaartal:
Mexico 2003, de laatste kever,
Feedback: doc@bugland.be
|
 |
|
